26e zondag door het jaar 2023 A
Schriftlezingen: Ezechiël 18,25-28; Filippenzen 2,1-11 en Matteüs 21,28-32
Onder de ballingen in Babylon hoort men zeggen: De vaders hebben onrijpe druiven gegeten en de tanden van de kinderen zijn er stroef van (Ezechiël 18,2). Of met andere woorden: de kinderen worden gestraft voor wat hun vaders gedaan hebben. Dat was in Israël. Maar is “onze” erfzonde niet ook zo?
God biedt de kans de keten van fatalisme en voorbestemming te doorbreken, de nadruk op eigen verantwoordelijkheid te leggen en nieuwe toekomst te creëren. Met de woorden van van Mahatma Gandhi: “Be the change you want for the world”.
De profeet Ezechiël zegt: ieder is zelf verantwoordelijk voor zijn/haar leven. Iemand heeft zich misschien vroeger als goddeloze gedragen, maar als zij/hij zich bekeert dan wordt hij/zij niet vastgepind op haar/zijn verleden. God wil de keten van fatalisme en voorbestemming doorbreken, de eigen verantwoordelijkheid aanwakkeren en nieuwe toekomst creëren. Dan blijf je leven; waarbij “leven” meer is dan alleen ‘in leven blijven’. Bekeert u en blijf leven, dat belooft God. (Zie bijv. Matteüs 6,25: …is het leven niet meer dan het eten en het lichaam niet meer dan de kleding.)
In Matteüs 20,20 staan mensen lijnrecht tegenover Gods handelen. God handelt vanuit het beginsel: “goed” doen en “allen gelijkelijk” (zie 20,16). De menselijke wijze van doen, bouwt voort op jaloersheid en competitie.
In Filippenzen sluit Paulus hierbij aan: Laat niemand alleen zijn eigenbelang behartigen, maar liever die van zijn naasten: die gezindheid moet onder u heersen welke Christus Jezus bezielde. Hij zet een menselijke (is deze weg wel ‘recht’?) en de goddelijke (de weg van de Heer is recht?) weg, naast elkaar en vestigt de aandacht op de gezindheid die was in Christus Jezus; op, zeg maar, de goddelijke weg. (Zie ook Filippenzen 2,12 en vers 35 met zinnen als “Daarom…opdat” (vers 9) waar een sterk appel van uitgaat.)
In de Evangelielezing zien we zowel aan het begin (Matteüs 21,29) als aan het eind (21,32) van de parabel het woord “later” (Grieks: husteron). Een woord dat ruimte geeft en tijd. Geen lik op stuk, en geen: God straft onmiddellijk.
Hoofdstuk 18 van Ezechiël markeert een belangrijke stap in het gelovig denken van Israël. De generatie van de ballingen heeft het gevoel dat zij boeten voor de zonden van hun vaders, die de emmer bij God druppel voor druppel hebben doen overlopen. Bij monde van de profeet ontkent God categorisch dat dit zo is.
Als ieder zich persoonlijk verantwoord weet en doet dan gaat een andere wereld voor hen open. Het helpt niet de schuld op de vaderen of grootvaders te gooien. Helpt ook niet om mechanisch op de tempel of andere religieuze instituties te vertrouwen (vers 24). Maar Gods goedheid reikt “tot in de duizendste generatie van degenen die Mij liefhebben en mijn geboden onderhouden”(Deuteronomium 5,9-10). God biedt een nieuwe kans, op grond van persoonlijke verantwoordelijkheid en constantheid daarin.
Dit is de context van de discussie van God met de ballingen rond het thema van de “weg der gerechtigheid”. “Recht en gerechtigheid”; de joodse mensen spreken van: Tsedaka = gerechtigheid. Dit woord vat het leven volgens het verbond samen.
De hogepriesters en oudsten van het volk krijgen de parabel van de vader die twee zonen had, om de oren. De eerste zegt “nee”, maar doet ‘t later toch. De tweede zegt “ja” maar doet “nee”. Tollenaars en hoeren, die in eerste instantie “nee” zeggen, schenken wèl gehoor en geloof aan de oproep.
Het Griekse woord hysteron (vers 29 en 32) geeft ruimte om tot inzicht te komen en alsnog in te gaan op Gods roeping. Het is een barmhartig, tijdgevend woord. Een woord dat ruimte voor inkeer, bezinning, voor ‘bij nader inzien’ schept. Het zegt dat hoeren en tollenaars zullen voorgaan in het rijk de hemelen, niet dat zij er in plaats van hen zullen zijn.
Henk Bloem, pastor
Blogs van de week
Een oude moeder kijkt met haar zoon naar een film van Oiurandello. En zegt: “Als je naar de wereld kijkt door de ogen van wie lijden, is de wereld niet mooi, maar wel heilig . De Geest is in de buurt om over de chaos op te gaan.
Prof. Rik Torfs: De enige die je nooit moet afschieten is de zondebok. Dan word je namelijk verantwoordelijk voor je eigen falen. Dan heb je niemand meer aan wie je je mislukkingen kunt toeschrijven.
De sociale context voor deze parabel hangt natuurlijk samen met al of niet: grootgrondbezit, kapitaalkrachtig, slavernij. Matteüs vraagt ook herhaaldelijk aandacht voor de natuur: 18,23-35; 24,43-51; 25,1-13 en 14-30.
Aansluitend bij paus Franciscus’ Laudato si, zegt de Franse president: “We doden de planeet. We moeten het onder ogen zien: er is geen planeet B”.
De hervorming van de kerk moet viel dieper gaan dan een hervorming van het instituut. Een vernieuwde christelijke spiritualiteit kan een belangrijke bijdrage leveren voor de spirituele cultuur van de hele mensheid (Christ in der Gegenwart 39/2023.)
Voor de Joodse mensen was het afgelopen zondag Jom Kippur, Grote verzoendag.
In de tien dagen voor Jom Kippur vraagt men elkaar vergeving voor alles waar je elkaar in het afgelopen jaar mee gekwetst hebt. Ook schoolkinderen geven veelal een briefje aan elkaar door: “Sorry, dat ik toen zo stom deed”. Overdag denkt men na over de vraag hoe je zelf een beter mens kunt worden. Veel gebeden worden hardop gezegd, luid, samen door alle mensen in de synagoge. In hun gebeden vragen zij God om vergeving. ( “Onze” biecht stamt hier natuurlijk vanaf. Maar wij betrekken er niet het ‘volk Gods’ bij! Wij kennen het individualistisch.)
Jezus was een Jood, in hart en ziel. Hij leeft volgens en vanuit de Thora. Grote moeite had hij met een wettische beleving van de Thora. Daar botste hij voortdurend met Schriftgeleerden en Farizeeën. Zelf leefde hij vanuit de Thor, zie bijv. Matteüs 22,16 of Lucas 18,18 . Hier past ons christenen een Jom Kippur. Wij hebben de bijbel vaak en eeuwenlang vanuit een tegenstelling: joden vs christenen gelezen. Denk aan de kruistochten (Dieu le veut!), aan de vernietiging van het volk door het nazisme. Het is te veel om hier uit te werken.
Judith Herzberg, Jodin, schreef:
Er is nog zomer en genoeg
Wat zou het loodzwaar
Tillen zijn wat een gezwoeg
Als iedereen niet iedereen
Terwille was als iedereen
Niet iedereen op handen droeg.
Henk Bloem, pastor
Ga terug naar het overzicht